Flammkuchen voor elk moment
Flammkuchen: een relatief nieuw gerecht voor de meeste Nederlanders. Toch blijkt dit gerecht al eeuwenlang geliefd te zijn. Deze “brandende taart” komt van oudsher uit Duitsland en is gedoopt tot echt authentiek Duits gerecht. Deze zul je daarom vaak op de Duitse menukaart zien staan, of je nu in een bar, Biergarten of restaurant zit.
Flammkuchen komen eigenlijk uit de Elzas. Nu zul je misschien wel denken: “ligt dat niet in Frankrijk?”. Daar zou je helemaal gelijk in hebben, maar in het geboortetijd van de Flammkuchen viel dit nog onder Duitsland. Tegenwoordig gaan de Flammkuchen als een “Tarte Flambe” over de toonbank.
Dit gerecht is uit toeval ontdekt. Alsace bakkers gebruikten ultradun overgebleven deeg om de temperatuur in de broodoven te meten. Wanneer het te warm werd in de oven, vatte het deeg letterlijk vlam. En tada: Flammkuchen!
Wil je zelf ook Flammkuchen proberen? Het is lekker, simpel te maken en een echte traktatie. Lees snel het stappenplan hieronder en schuif vanavond nog aan een Flammkuchen tafel!
Ingrediënten
- 1 rol vers flammkuchendeeg of 4 flammkuchen á 90 gram
- 150 gram créme fraîche
- 1 rode ui, in dunne ringen gesneden
- 100 - 150 gram gerookte spekjes
- 200 gram Gorgonzola Dolce
- 1/2 courgette in flinterdunne plakjes
- 2 lente uitjes
- Verwarm de oven voor op 220 graden.
- Rol het deeg uit op de bakplaat en smeer deze in met créme fraîche – houd 1 cm rondom de rand vrij
- Verdeel de courgetteschijfjes over de flammkuchen
- Breek de Gorgonzola Dolce open en verspreid over de flammkuchen
- Strooi de spekjes en uienringen over de flammkuchen
- Bak de flammkuchen in 15 tot 20 minuten krokant in de oven. Verdeel daarna de lente uitjes over het gerecht met een beetje peper.
En dan… Tijd om te genieten!
